In dit artikel schrijf ik een case die betrekking hebben tot mijn opa en oma. Zij hebben een bepaalde leeftijd bereikt (respectievelijk 88 en 86 jaar), waarbij zij nog wel zelfstandig kunnen wonen. Elke ochtend krijgen zij thuiszorg, waarbij mijn oma hulp krijgt bij het wassen. Zij zit namelijk in een rolstoel, omdat een aantal tenen zijn geamputeerd. Mijn opa is nog redelijk zelfstandig. Hij sport nog 2x in de week, gaat naar de sauna en kan nog de trap op – en aflopen.
Zorginstelling
Nu is het zo dat mijn opa en oma op een zorginstelling lijst staan. Deze lijst houdt in dat wanneer er een woning vrijkomt bij een zorginstelling, dat ze daar begeleidt kunnen gaan wonen. Hierbij komen elke ochtend, middag en avond mensen langs om mijn opa en oma te verzorgen.
Hier staan ze (uiteraard) nu nog niet op te wachten. Mijn opa is nog goed te been, dus waarom zouden zij nu al daar in gaan, is de gedachtengang van mijn opa en oma. Maar de regelgeving bij de zorginstelling is zo: sta je bovenaan de lijst, dan moet je er meteen in gaan. Wijs je het af, dan wordt je meteen van de lijst afgehaald. Hierbij heb je geen mogelijkheid om het een aantal maanden later alsnog te nemen.
Overlijden opa of oma
Er komt een dag dat mijn opa of mijn oma niet meer leeft. Mocht mijn opa plotseling overlijden, dan heeft mijn oma een probleem. Zij kan niet meer teren op de zorg van mijn opa. Wanneer ze in die periode ook al de zorginstelling heeft afgewezen, kan het zomaar zijn dat ze zometeen in Roosendaal moet wonen. Dan komen haar (klein)kinderen niet meer elke week op bezoek om te kijken hoe het gaat. Een lastige keuze, waar ze goed over moeten nadenken in de toekomst.